|
DIE
BELGISCH-DUITSE GRENS
|
|||
De
oudste geschiedenis van onze oostgrens gaat terug tot het jaar 843 wanneer,
na de dood van Lodewijk de Vrome, het grote Frankenrijk volgens het verdrag
van Verdun onder zijn 3 zonen wordt verdeeld: Karel de Kale krijgt het westelijke
deel (het West-Frankische rijk dat zowat het huidige Frankrijk en onze huidige
provincies Oost-Vlaanderen en West-Vlaanderen omvatte) waarvan de Schelde
de grens vormt met het Midden-Frankische rijk van Keizer Lotharius; de derde
zoon Lodewijk de Duitser krijgt het oostelijke deel of het Oost-Frankische
rijk. Latere familieruzies resulteren in andere verdragen ( Meersen 870, Ribemont 880) die het Midden-Frankische rijk (Lotharingen) bij het Oost-Frankische rijk brengen. |
||||
Meteen werd de Schelde de grens tussen het toenmalige Neustrië (Frankrijk) en Lotharingen ( het Duitse rijk). Die grens wordt in 978 bevestigd door het Traktaat van Margut-sur-Chiers.Aan de oostelijke kant van de Schelde ontwikkelen zich in de loop der latere middeleeuwen tal van kleine en grotere lenen zoals het Markgraafschap Antwerpen, het hertogdom Brabant, het graafschap Loon, het Prinsbisdom Luik, het graafschap Namen, het hertogdom Limburg, het graafschap Luxemburg, het graafschap Henegouwen, het vorstendom Stavelot-Malmédy, de heerlijkheid Sankt-Vith en anderen die elk een min of meer eigen zelfstandigheid verwierven. Ook het huidige (Duitse) Schleiden en Kronenburg behoorden tot die heerlijkheden waarvan de meeste vele eeuwen bleven bestaan. Bourgondië was een eerste poging om deze gebieden, samen met het graafschap Vlaanderen en andere gewesten, in één grote natie te verenigen. In 1512 wordt het grote Duitse Roomse Rijk in tien kreitsen verdeeld en één daarvan is de "Bourgondische kreits" die de Nederlanden ( de Zeventien Provinciën) omvat. Bij het "Verdrag van Augsburg" 1548 verwerft Keizer Karel V een grote onafhankelijkheid voor die Zeventien Provinciën ten overstaan van het Duitse rijk. |
||||
|
||||
|
FRANSE
REPUBLIEK
|
|||
De
Franse revolutie maakt in 1789 een einde aan het Ancien Regime en ook
ons land wordt ingelijfd in de Franse Republiek.
De natuurlijke grens van de republiek lag toen aan de Rijn. In ons land werden de gebieden die later de Oostkantons zouden vormen ( Eupen, Malmédy, en Sankt-Vith) samen met de kantons Aubel, Limburg, Schleiden, Cronenburg, Vielsalm, Stavelot, Spa en Verviers opgenomen in het "Departement van de Ourthe" dat grensde aan de (Duitse) departementen Roer en Saar. Het hertogdom Luxemburg (dat vanaf 1839 "Groothertogdom" werd) behoorde samen met de huidige Belgische provincie Luxemburg tot het departement van de Bossen dat ten zuiden aan het departement van de Ourthe grensde. |
|
|||
|
VERDRAG
VAN WENEN 1815
|
|||
Na de val van Napoleon (Waterloo 1814) werd Europa door de toenmalige grootmachten herverdeeld vanuit de gedachte om in de toekomst elke nieuwe poging tot overheersing door Frankrijk te beletten: het Verdrag van Wenen van 9 juni 1815. Onze gewesten werden ingedeeld bij het Koninkrijk der Nederlanden onder Koning Willem I, dat zowel Nederland als België omvatte. Echter zonder de Ourthe kantons Eupen, Malmédy en Sankt-Vith, Kronenburg, Schleiden en een deel van het kanton Aubel die naar Pruisen gingen. Luxemburg (het voormalig departement der Bossen) werd ten persoonlijke titel aan de Nederlandse Koning Willem I toegewezen. De grens tussen de Nederlanden en Pruisen werd via het Verdrag van Aken (26 juni 1816) vastgelegd in de artikelen 25 (de grenzen van Pruisen) en 66 (de grenzen van Nederland). Die grens liep van de uiterste noord-oosthoek van het Groothertogdom Luxemburg (Schmiede) recht naar het noorden toe via Poteau (een gehucht van de gemeente Recht), tussen Stavelot en Malmédy door, langs Hockay naar de Baraque-Michel, dwars door de Hoge Venen waar zij vanaf paal nr. 157 het riviertje de Helle of Hille volgde, draaide links rond Eupen om in Baelen de weg Eupen - Welkenraedt - Henri-Chapelle te bereiken en deze te volgen tot aan het Maison-Blanche in Henri-Chapelle, daar de weg volgend in de richting Aken om in Moresnet bijna pal noordwaarts en in rechte lijn naar het drielandenpunt Gemmenich - Vaals - Aken te lopen. Door een verschil in interpretatie echter (daarbij al of niet geholpen door zakelijke belangen omtrent het bezit van de kalamijn mijnen te Moresnet) dat zowel Pruisen als Nederland aan de grensomschrijving gaven, ontstond betwisting over het precieze verloop van dat laatste stukje grens tussen Moresnet en Vaals - Gemmenich. Het conflict dat hier rond ontstond, leidde tot het ontstaan van het neutrale gebied "onzijdig Moresnet" dat gedurende meer dan een eeuw bleef bestaan. Het thans beroemde "Drielandenpunt" was al die tijd lang dus een "Vierlandenpunt". |
||||
|
1830
BELGIË ONAFHANKELIJK
|
|||
Eerste wereldoorlog - Verdrag van Versailles Tijdens de jaren
1914/1918 werd ons land mee betrokken in de eerste wereldoorlog die op
11 november 1918 eindigde met de nederlaag van Pruisen - Duitsland. Door
het verdrag van Versailles van 2 augustus 1919, werden door de geallieerden
aan Pruisen een aantal beperkingen en voorwaarden opgelegd die ook aan
ons land moesten ten goede komen. Zo kreeg België de gebieden Eupen,
Malmédy en Sankt-Vith toegewezen als compensatie voor de geleden
schade en werd ook het onzijdig Moresnet bij België gevoegd, zodat
dit probleemgebied na ruim honderd jaar van de landkaart verdween. Tweede wereldoorlog Tussen 1919 en
1939 veranderde er niets meer aan deze grens, maar tijdens de tweede wereldoorlog
(1939/1945) werden de Oostkantons opnieuw ingelijfd bij Duitsland. Dit
bleek echter maar tijdelijk te zijn want in 1945 werd, door de Conferenties
van Jalta en Potsdam, de toestand van vóór 1940 opnieuw
van kracht en kwamen de Oostkantons weer naar België. Benelux en E.G. Door het economisch samengaan van België, Nederland en Luxemburg vormt deze grens thans het Belgisch aandeel in de oostelijke Benelux-Duitse grens. In een groter Europees geheel gezien dient deze grens echter, douanetechnisch en economisch, tegen 1992 te verdwijnen. Dan moet de hele E.G. één marktgebied worden waarin de binnengrenzen verdwenen zijn. Politiek en staatkundig echter zal ze vast nog wel langer blijven bestaan. |
||||